M I L A A N
Winter 2013
Milaan bereidt zich rustig voor op de naderende kerst. Op de Piazza Duomo staat al dagen een enorme kerstboom, maar nog zonder een enkel lichtje erin. Geleidelijk zie ik in de dagen dat ik hier ben steeds meer nepgroen in de straten opduiken, vaak met knipperende lichtjes erin. Naast de Dom staan de kramen van de kerstmarkt al klaar, met mooie donkerrode luifels, de kramen zelf zijn nog leeg.
Het is koud maar helder weer. Een strakblauwe lucht omspant de stad en ’s morgens komt het kwik nauwelijks uit boven de nul graden. Ook de Milanezen zien er winters uit. Ze lopen in gewatteerde jassen en de jongeren hebben bijna allemaal een soort kaboutermuts op. Ook de honden hebben een jasje aan of een dekje om. De bontjas is vrijwel helemaal uit het straatbeeld verdwenen.
Zakenhart
Waarom zou je als Nederlander naar Milaan gaan? De schilderachtigheid van andere Italiaanse steden hoef je hier niet te zoeken. Hier klopt het zakenhart van Italië. Milaan, dat is mode en design en als je geen ontwerper bent of in de kleding zit, heb je er eigenlijk weinig te zoeken, is het algemeen geldende idee.
Maar Milaan is nog zoveel meer. Het heeft nog zoveel andere kanten, zowel op historisch als op kunstzinnig gebied. En daarbij heeft het alle voorzieningen van een grote stad. Theaters, warenhuizen, goed openbaar vervoer. Die verschillende gezichten van Milaan wil ik de komende weken op deze website laten zien.
Modestad
Inderdaad Milaan is ook een modestad. Ik zie groepjes kapitaalkrachtige vrouwen, meest uit Zweden, Duitsland, Zwitserland door de Via Montenapoleone struinen. Ze hebben de grootste lol, lopen binnen de kortste keren met dure papieren tassen en laten bij trattoria Bargutti nog eens een extra fles wijn openmaken. Natuurlijk heb ik ook een paar uur door de modewijk gedwaald. Alleen al om het publiek te bestuderen, en ook om al die mooie palazzo’s te bekijken waarin de salons van Dior, Lanvin, Versace, gevestigd zijn.
Dom
Daarna is het tijd voor de Dom. Zou één van die ‘shoppers’ dit immense bouwwerk ooit wel eens echt bekeken hebben, vraag ik me af. Ik daal af onder de Dom om een idee te krijgen van haar verleden en om de resten te zien van de vroegchristelijke kerken die hier nog onder liggen. En ik raak ook weer erg onder de indruk van de Dom zelf, een gebouw waar jaren aan gebouwd is, ik kom erop terug.
En er zijn nog zoveel meer kerken met een spannende eigen geschiedenis. Natuurlijk de tweede kerk van de stad, de San Ambrogio, genaamd naar de patroonheilige van Milaan. Maar ook de San Satiro aan de Via Torino, de San Maurizio, de San Babila en de Sant ’Eustorgio hebben wortels die diep in de geschiedenis teruggrijpen.
Kunst
Achter het theater La Scala vind je de Brera-wijk. Een kunstenaarswijk vol eethuisjes, leuke winkeltjes en galerieën en met het belangrijkste museum van de stad, de pinacoteca van Brera. Hier hangen werken van onder andere Caravaggio en Rubens. Er zijn een paar straatjes vol verwarmde terrassen, ik slenter eindeloos rond, vindt het moeilijk om een leuke trattoria te kiezen. Het valt gelukkig goed uit en ik eet heerlijke gevulde courgettebloemen.
Je hoeft in Milaan echt niet persé een kerk in om kunst te zien, zo blijkt ook nu weer. Op de Piazza della Scala staat iedere dag een rij van honderden mensen die geduldig staan te wachten voordat ze het gebouw in mogen waar een grote Rafael tentoonstelling wordt gehouden. Met misschien wel zijn beroemdste werk “La Madonna di Foligno”.
Modern Milaan
Ook voor liefhebbers van moderne kunst en architectuur is er van alles in Milaan te beleven. In het museum in het Koninklijk Paleis, naast de Dom, is de komende maanden een expositie van moderne Amerikaanse kunst. Er hangen werken van o.m. Pollock, Rothko, Reinhardt, Newman en De Kooning.
Ook op het gebied van moderne architectuur gebeurt er van alles in de stad. Met het oog op de expo 2015 wordt er veel gebouwd. Met name in de buurt van station Garibaldi. Futuristische flats en appartementen.
En evengoed staat vlak daarnaast de oude stadspoort, piept het kerkje Sant’ Antonio di Padova er tussendoor en ligt tussen al dat bouwgeweld en de hijskranen de immense monumentale begraafplaats.
Begraafplaats
De monumentale begraafplaats is een must als je in Milaan bent. Als ik er om half tien ’s morgens aankom, zijn er al veel bezoekers. Het is er bomvol aan graven, grote naaldbomen met neerhangende takken brengen wat rust in het geheel. Er is veel mooi beeldhouwwerk te zien, vaak in dramatische poses.
Ik ontmoet er een Braziliaanse beeldhouwster Monica Bertolotti. “Ik weet gewoon niet wat ik het eerst moet fotograferen, zoveel mooie dingen zie ik hier” zegt ze. Dan gaan we elkaar eerst maar even fotograferen. Ze vertelt dat ze komend jaar een expositie in Milaan heeft. We wandelen samen wat rond en wisselen kaartjes uit.
Allegaartje
Milaan is een allegaartje aan bouwwerken, straten en pleinen. Van de drukke Piazza Cardusio met zijn hoge 19e eeuwse palazzo’s stap je zo een binnenplaats op en sta je voor het middeleeuwse Palazzo della Ragione. Ook de middeleeuwse marktplaats is nog helemaal in tact.
De poorten rondom het centrum, de Porta Venezia, Porta Nuova, Porta Ticinese, om er enkele te noemen, maakten ooit deel uit van de stadsmuur die Milaan moest beschermen. De muren zijn praktisch helemaal weg, de monumentale poorten staan er nog. Buiten de Porta Ticinese liggen nog enkele ‘navigli’, ooit de grachten van Milaan. De meesten zijn gedempt, daar waar ze nog open liggen, heeft zich een bruisend uitgaansleven ontwikkeld.
Rinascente
Zaterdagmiddag in het centrum. Massa’s mensen lopen onder de arcades. Een golvend geroezemoes hangt boven de menigte. In warenhuis Rinascente raken de roltrappen overbelast. Naast het trendy ogende personeel lopen er tientallen beveiligers keurig in donker pak die de mensenstromen in goede banen leiden.
“Mevrouw wilt u een klantenkaart?” “Mevrouw het is hier veel te duur voor mij en bovendien woon ik in Nederland.”
“Maar als u een klantenkaart heeft, kunt u gebruik maken van de aanbiedingen en het kost u niets.” Ik zwicht en geduldig gaat de verkoopster een heel formulier invullen met mijn lange Nederlandse naam en adres. Tenslotte krijg ik twee klantenkaarten mee, ook één voor een vriendin. Ze zullen me alle aanbiedingen per email toesturen.
“Mevrouw nu weet u precies wat er hier gebeurt als u terug in Holland bent, dat is toch ook leuk?”
Poolcirkel
’s Avonds eet ik in een kleine trattoria in de buurt van het hotel. De tweede avond heb ik er al mijn vaste tafel. Hier leer ik Linda en Hekan kennen. Het zijn Zweden die voor het eerst in Italië zijn. Ze zijn helemaal stuk van Milaan. “Is heel Italië zo?” vraagt Linda me. “We vinden het hier geweldig, de mensen zijn zo aardig en het eten….het eten” ze raakt er niet over uitgepraat. De wijn stijgt ze op een gezellige manier naar het hoofd. Hekan schudt met zijn paardenstaart, Linda praat maar door. Ze komen helemaal uit het noorden van Zweden. Bij de Poolcirkel, dus dat verklaart veel. Ik moet ook beslist naar hen toekomen. “Er is niks, in de winter zitten we 20 uur in het donker, maar we zijn gastvrij, we hebben een haard, het zal je aan niets ontbreken.” Ze zijn zo puur, zo weinig blasé, ze zijn een verademing na al dat shoppende publiek.
Park
De volgende ochtend, het is zondagmorgen, loop ik naar het Sforza-kasteel. Het ligt midden in de stad. Daarachter is een groot park. In de nacht heeft het gevroren maar nu is de zon warm. De ene jogger na de andere holt me voorbij. Families lopen er te keuvelen met kinderen op fietsjes en honden aan de lijn. Van het park loop ik naar de Piazza Cardusio. Daar raken de verwarmde terrassen langzaam vol. Het is tijd voor het apératief. Ik loop nog even door.
Milaan